Ouderlijk gezag over uw kind betekent dat u als ouder de wettelijke vertegenwoordiger van het kind bent en zijn/haar geld en spullen beheert. U heeft met een ander woord zeggenschap over uw kind. U bent ook verantwoordelijk voor de verzorging en opvoeding van het kind en u bent onderhoudsplichtig jegens het kind.
Ouders die gezag uitoefenen, moeten het kind verzorgen en opvoeden. Dit betekent dat u moet zorgen voor onderdak, voeding en verzorging. Daarnaast bent u de wettelijke vertegenwoordiger van het kind. En u heeft een onderhoudsplicht totdat het kind 21 jaar wordt.
In dat geval heeft alleen de moeder van rechtswege het ouderlijk gezag. De vader niet. Wilt u als de vader ook ouderlijk gezag, dan moet u samen met de moeder bij de rechtbank een verzoek indienen voor aantekening van het gezamenlijk gezag in het gezagsregister. Hiervoor heeft u geen advocaat nodig. Als de moeder niet instemt, dan kunt u als vader eenzijdig de rechtbank verzoeken om ook ouderlijk gezag te krijgen. Hiervoor heeft u wel een advocaat nodig.
Het ouderlijk gezag eindigt automatisch als uw kind 18 jaar wordt of als het vóór die tijd trouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat. U kunt het gezag ook kwijtraken, als u uw kind niet kunt verzorgen en opvoeden of als uitoefening van het gezag om een andere reden niet in het belang van het kind is. Het ouderlijk gezag eindigt niet als u gaat scheiden.
Als u samen het ouderlijk gezag uitoefent en een van u overlijdt, dan krijgt de andere ouder automatisch het eenhoofdig gezag over het kind. Komt u allebei te overlijden, dan bepaalt de rechter wie voogd wordt. U kunt in uw testament bepalen wie er als voogd benoemd moet worden. U kunt dit ook laten aantekenen in het gezagsregister bij de rechtbank. Als u alleen het ouderlijk gezag heeft en u overlijdt, dan bepaalt de rechter wie voortaan het gezag krijgt. U kunt in uw testament bepalen wie er als voogd benoemd moet worden. Maar als de andere ouder binnen één jaar vraagt om met het ouderlijk gezag belast te worden, dan heeft hij/zij de voorkeur boven de aangewezen voogd.
De ouders kunnen bij testament of notariële akte een voogd aanwijzen voor het geval zij zelf komen te overlijden. Als de ouders dat niet hebben vastgelegd, neemt de rechter een beslissing. De rechter zal dan samen met de eventueel achterblijvende familieleden bekijken wat de beste oplossing is. De rechter kan daarbij advies inwinnen van de Raad voor de Kinderbescherming.